In recente jurisprudentie is een interessante uitspraak gedaan over de aansprakelijkheid bij een verkeersongeval tussen een 11-jarige bestuurder van een elektrische fiets en een automobilist in een bestelwagen. Hoewel er geen letsel was, stelde de automobilist dat de ouders van de minderjarige aansprakelijk waren voor de schade.

Is een elektrische fiets een motorrijtuig?
Een cruciale vraag in deze zaak was of de elektrische fiets kon worden aangemerkt als een motorrijtuig. Dit is van belang voor de toepassing van artikel 185 Wegenverkeerswet (WVW) en de vergoeding van schade ten gevolge van het verkeersgedrag van de minderjarige. De jurisprudentie hieromtrent is niet eenduidig, wat de zaak complex maakt.

Ernstige verkeersfout, maar geen opzet of roekeloosheid
De kantonrechter oordeelde dat de minderjarige een ernstige verkeersfout had gemaakt door zonder snelheid te minderen over te steken terwijl de bestelbus de kruising al zeer dicht was genaderd. Echter, deze fout leverde geen opzet of aan opzet grenzende bewuste roekeloosheid op. Het beroep op overmacht van de automobilist slaagde daarom niet.

Causaliteitsverdeling en billijkheidscorrectie
De kantonrechter achtte een causaliteitsverdeling van 20% voor de automobilist en 80% voor de minderjarige passend. Echter, gezien de jonge leeftijd van de minderjarige en de inherente impulsiviteit en onberekenbaarheid van kinderen van 11 jaar, zag de rechter aanleiding voor een billijkheidscorrectie. De schadevergoedingsplicht van de ouders werd beperkt tot 50%.

Verantwoordelijkheid van ouders
De kantonrechter benadrukte in zijn uitspraak dat de ouders een zekere verantwoordelijkheid dragen. Zij hebben immers de elektrische fiets voor de minderjarige gekocht en hem toegestaan zonder effectief toezicht aan het verkeer deel te nemen. De ouders hadden moeten begrijpen dat het gebruik van een elektrische fiets door een kind van 11 jaar aanzienlijke risico's op verkeersongevallen met zich meebrengt.

Deze uitspraak in de jurisprudentie onderstreept het belang van zorgvuldig toezicht door ouders wanneer kinderen deelnemen aan het verkeer met potentieel gevaarlijke vervoersmiddelen zoals elektrische fietsen. Het biedt ook inzicht in de complexe afwegingen die rechters maken bij het bepalen van aansprakelijkheid en schadevergoeding in dergelijke zaken.